Snijders&Rockoxhuis - Rockox’ tuin

Rockox’ tuin, een oase van rust en lust

De kleine stadstuin van Nicolaas Rockox was een pareltje, een lust voor het oog, een gesloten geheim binnen vier muren. De tuin van het Snijders&Rockoxhuis is een evocatie van wat Rockox’ tuintje zou kunnen zijn geweest. Rockox stierf in december 1640, een donkere tijd van het jaar. De notaris die de inboedel van het sterfhuis noteerde, had geen oog voor Rockox’ tuin, die wordt niet eens genoemd. Maar toen hij in de kelder van het huis kwam, merkte de notaris diverse sinaasappel- en laurierboompjes op die er stonden te overwinteren op een koele en droge plek. Citrusboompjes waren zowat de duurste planten die je in een zeventiende-eeuwse tuin kon aantreffen, ze werden geïmporteerd uit Spanje en Sicilië. Maar Rockox had nog meer exquise planten. Hij hield er een drukke briefwisseling op na met de Franse humanist Nicolas-Claude Fabri de Peiresc, onder meer over de verzending van planten uit het Zuid-Franse Aix-en-Provence naar Antwerpen.

We hebben weet van twee zendingen met planten, in 1610 en 1611: 24 exotische planten en heesters werden in blikken dozen Rockox’ richting uitgestuurd, een oleander, een styrax, een fluweelboompje, een wijntak, een agave en zoveel meer. Ook Rockox’ bibliotheek getuigde van zijn interesse in de natuur. Hij had maar liefst acht botanische boeken, waaronder de beroemde werken van Dodoens en Clusius. Iconografische bronnen die informatie prijsgeven over Rockox’ tuin zijn er niet, maar we hebben wel de richtlijnen voor het aanleggen van een stadstuin gevonden in Le Théâtre d’Agriculture van Olivier de Serres, een werk dat ook bij Rockox op de boekenplank stond. Geniet er in de zomer van de koele lommer. Maar ook in de winter kan een rusteloze ziel er tot bedaren komen.


Snijders Rockoxhuis stadstuin Snijders Rockoxhuis Stadstuin